Trompstraat 80
hier woonde
PHILIP HILVERSUM
vermoord in Auschwitz
op 1944-01-09

Philip (roepnaam Flip) Hilversum wordt geboren op 14 september 1907. Hij is de vijfde zoon van Nathan en Jetje Hilversum-van der Horst. Flip groeit op in Amersfoort. Hij gaat later aan de slag als chauffeur bij de stadsbusonderneming van zijn vader Nathan. 

In de dertiger jaren heeft hij een eigen garage, met stalling, wasinrichting en verhuur van luxe auto’s in de Muurhuizen 115, bij de Kerkstraat. Flip is dan inmiddels getrouwd met Johanna Haringman en heeft met haar een dochtertje Jenny. Hij woont met Johanna en Jenny in de Trompstraat 80. De oorlog breekt uit en al snel krijgt het Joodse bevolkingsdeel te maken met de antisemitische maatregelen van de bezetter. 

Huis en haard achterlaten

Op 16 augustus 1942 krijgen de Joden de aanzegging om naar Amsterdam te vertrekken en huis en haard achter te laten. Flip vertrekt uiteindelijk op 15 april 1943 met vrouw en kind naar Amsterdam, maar al de volgende dag is hij een ‘Häftling’, een gevangene, in Kamp Vught. Hier zit hij tot zijn vertrek op 21 september 1943 naar Westerbork van waaruit hij direct op transport gaat naar Auschwitz. 

Dwangarbeid bij IG Farben en Krupp Stahl

In Auschwitz moet Flip in het subkamp Monowitz dwangarbeid verrichten in de fabrieken van IG Farben en Krupp Stahl. Als hij in Monowitz aankomt is het inmiddels ook een concentratiekamp. Tegen de zomer van 1944 zitten er meer dan elfduizend – voornamelijk Joodse – gevangenen. Zieke gevangenen worden teruggestuurd naar het Stammlager of naar Birkenau; de leiding van de bedrijven in Monowitz vindt dat de barakken daar niet voor zijn. 

Zijn naam noemen

Gevangenenummer 151944, Philip Hilversum, wordt ziek en komt terecht in het gevangenenziekenhuis. De ontberingen en de erbarmelijke omstandigheden worden hem fataal. Het Totenbuch van Auschwitz vermeldt dat hij op 1 juni 1944 in het concentratiekamp is vermoord. Zijn broers zag hij waarschijnlijk nooit weer.