Snoeckgensheuvel 54
hier woonde
GRIETJE MINCO-VAN HOORN
vermoord in Sobibor
op 1943-05-07

Grietje Minco-van Hoorn is geboren op 4 juli 1889 in het Groningse ’t Zandt. Grietje is gehuwd met Salomon Minco en krijgt met hem drie kinderen in Oldenzaal. De kinderen groeien op in Breda. Als jongste dochter Sara (Marga) voor TBC behandeld wordt in Utrecht, is inwonen bij zoon Dave en zijn vrouw Lotte in Amersfoort (voorheen ’t Stort-Noord 9) een praktische oplossing. Dochter Bettie woont en werkt als verpleegster in Amsterdam.

Doopbewijs

In het verhaal ‘Het dorp van mijn moeder’ beschrijft Marga Minco na de oorlog hoe zij probeert om voor haar ouders een verklaring van Protestantse afkomst uit de doopregisters te krijgen bij de dominee in het verre noordoosten van Groningen. ‘Gisteren had ik pas gehoord dat de transporten een week waren stopgezet. Gisteren was het pas tot me doorgedrongen dat er nog maar één mogelijkheid bestond om iets voor ze te doen. Ik had er de hele nacht over liggen denken hoe ik het de dominee zou voorleggen. Het moest geloofwaardig klinken.’ De dominee doorziet de misleiding en zegt dit te moeten bespreken met de ouderlingen. ‘Zij moeten ermee akkoord gaan en meetekenen.’ … ‘Ze deden het niet.’ Op 4 mei 1943 zijn Grietje en Salomon gedeporteerd met transport nummer 62 naar Sobibor en vergast op 7 mei 1943. Oudste dochter Bettie en echtgenoot Hans Rosin zijn op 30 september 1942 vergast in Auschwitz.

Veel dank aan de familie voor het delen van de familiegeschiedenis.

Lees meer over de familie Minco in het herdenkingsboek ‘Hun namen niet vergeten’ .