hier woonde
JACOB PIETER SCHIPPER
vermoord in Purmerend
op 1944-12-15
Jacob Pieter Schipper werd geboren op 13 maart 1895 in Amsterdam. Hij was gehuwd en van beroep onderofficier in het leger in de rang van sergeant-majoor. Jacob werd gearresteerd in 1942 voor het 1e OD-proces. Dat was een door de SD gevoerd proces onder andere tegen leden van de Orde Dienst en ook tegen beroepsmilitairen die ondanks de “erewoordverklaring” toch aan het verzet hadden deelgenomen. In 1943 werd Jacob vrijgelaten, maar later opnieuw gearresteerd vanwege zijn uitgebreide illegale activiteiten. Op 9 december 1944 – tijdens de hongerwinter – werd door leden van de Knokploeg Waterland een overval gepleegd op Hollandia, een fabriek van melk- en voedingsproducten aan de Jaagweg in Purmerend. De bezetter had daar 9900 kilo suiker opgeslagen voor eigen gebruik. Met melkauto’s werd de suiker door de verzetsmensen naar een veilige plaats gebracht, waarna het over zoveel mogelijk adressen werd verspreid. De buit kwam geheel ten goede aan bejaardentehuizen, ziekenhuizen, schoolkinderen en hongerige burgers. Spoedig ontdekte de bezetter de enorme verliespost uit de melkfabriek. Er werd een uitgebreid onderzoek ingesteld, maar de zaak kon niet worden opgehelderd. Als vergelding werden op 15 december 1944 drie mannen uit de gevangenis aan Weteringenschans in Amsterdam gehaald en op de Jaagweg in Purmerend gefusilleerd. Behalve Jacob Pieter Schipper werden ook de verzetsman Antonie Johannes Jacobus Breetveld uit Tiel en Klaas de Graaf – een politieagent uit Amersfoort – gefusilleerd. Aan de Jaagweg in Purmerend werd voor hen een monument geplaatst. Jacob Pieter Schipper werd begraven op de Eerebegraafplaats Bloemendaal in Overveen.