Betsie van Os-van Thijn

Betsie van Thijn is geboren op 28 september 1906 in Amsterdam. Hier groeit ze samen met haar broer Emanuel op in het gezin van Heintje van Hamburger en Benjamin van Thijn. Ze trouwt op 14 augustus 1935 met Salli van Os uit Oss. 

Voor Erdal naar de Voltastraat

Buurkinderen Nico Kamp en Betty van Os, 1941

Omdat Salli ‘een betrekking heeft’ op het kantoor van de Erdalfabriek in Amersfoort, verhuist Betsie op 2 maart 1937 van de Geulstraat 24 twee hoog in Amsterdam samen met Salli naar een ruime woning in de Voltasstraat 53 in Amersfoort. Een klein jaar later, op 12 januari 1938, wordt Betsie moeder van een dochter die de naam Betty Rosa krijgt. 

Onveiliger wereld

Intussen lopen in wereld de internationale spanningen op door de agressieve nazipolitiek die Duitsland voert. Die spanningen hebben overal hun uitwerking, en maken het leven ook hier onzeker. Voor de ouders van Betsie is dat vermoedelijk de reden om Amsterdam – waar ze sinds hun huwelijk wonen – te verlaten. Ze trekken eind 1939 in bij Betsie en haar gezin. 

Vervolging en deportatie

Als de bezetter in Nederland eenmaal aan de macht is, blijken de Joden overgeleverd te zijn aan antisemitische willekeur en vervolging. Vanaf juli 1942 vertrekken er Jodentransporten via doorgangskamp Westerbork naar de vernietigingskampen. Betsie wordt samen met haar man en haar 4-jarige dochter Betty Rosa al op 20 augustus 1942 weggevoerd naar Kamp Westerbork. De volgende dag gaan ze op transport, samen met 1008 anderen, naar Auschwitz. Betsie en Betty Rosa worden hier op 23 augustus 1942 vermoord.